Bicepspeestendinitis is een ontsteking van de lange bicepspees.
De bicepspees is de pees die de bicepsspier naar boven verbindt met het schoudergewricht.
Zoals bij de meeste vormen van tendinitis is de meest voorkomende oorzaak van bicepstendinitis een overbelasting, waarbij irritatie en slijtageprocessen optreden in de peesstructuur. Beschadigd weefsel in de pees kan hierbij niet tijdig recupereren of herstellen en dit leidt tot een chronische ontsteking. Indien dit lang blijft duren kan dit leiden tot een belangrijke verzwakking van de pees en uiteindelijk zelfs een peesscheur tot gevolg hebben.
Klachten
Patiënten voelen gewoonlijk een diepe, scherpe pijn ter hoogte van de voorzijde en de bovenzijde van de schouder. De pijn kan uitstralen naar de voorzijde van de bovenarm, volgens het verloop van de bicepsspier. De pijn neemt toe met bewegingen boven het hoofd en bij rotatiebewegingen en vermindert bij rust. De arm kan zwak aanvoelen bij gebruik. Een krakend of blokkerend gevoel ter hoogte van de bovenzijde van de biceps kan een teken zijn van subluxatie van de bicepspees.
Oorzaken
Het kan ofwel geleidelijk aan optreden ten gevolge van slijtageprocessen (atraumatisch), ofwel plots beginnen na een direct trauma (traumatisch).
Bicepstendinitis kan zowel geïsoleerd optreden, als in combinatie met andere schouderaandoeningen, zoals ‘rotator cuff’ scheuren, impingement en instabiliteit.
De meest voorkomende oorzaak van bicepstendinitis is een overbelasting na sport -of arbeidsactiviteiten waarbij frequente bewegingen nodig zijn, voornamelijk in de richting boven het hoofd. De bicepspees zorgt immers op het einde van de werpbeweging voor de vertraging van de arm. Sporters die werpen, zwemmen of met een racket zwaaien, lopen daardoor het grootste risico.
Behandelingsopties
Niet-chirurgische behandeling
In principe is de behandeling van een bicepspeestendinitis conservatief, d.w.z. niet-operatief.
In het begin is relatieve rust, gecombineerd met tijdelijk het vermijden van intensieve sport- of arbeidsactiviteiten noodzakelijk. Daarenboven kan de combinatie van ontstekingsremmende medicatie met kinesitherapie nuttig zijn.
Deze therapieën hebben als bedoeling de ontsteking af te remmen zodat de pijn vermindert, en ook het terugwinnen van de normale beweeglijkheid van het schoudergewricht.
De kinesitherapie bestaat uit verschillende behandelingssessies met een ontstekingsremmend effect en uit mobiliteitsoefeningen om stijfheid te voorkomen, gevolgd door tonificaties van de spieren ter versteviging van de schoudergordelmusculatuur. Als de symptomen blijven aanslepen of erg uitgesproken zijn, kan in zeldzame gevallen een inspuiting met een cortisone-preparaat rondom de pees of in het gewricht ( intra-articulair) worden gegeven. Toch dient hiermee zeer voorzichtig omgesprongen worden aangezien het de bicepspees zelf kan verzwakken en uiteindelijk kan leiden tot een volledige scheur.
Chirurgische behandeling
Indien deze conservatieve maatregelen niet het gewenste resultaat opleveren, of indien er een geassocieerde pathologie bestaat, kan het toch zijn dat operatieve methoden dienen aangewend te worden:
- Subacromiale decompressie: aangezien bicepstendinitis dikwijls kadert in een globaal probleem van impingement, is decompressie of acromioplastie de meest toegepaste operatieve behandeling voor bicepspeestendinitis. Hierbij wordt de ruimte waarin de pezen dienen te glijden groter gemaakt door al het ontstekingsweefsel en eventuele botsporen onder het acromion en het AC-gewricht weg te nemen. Hierdoor wordt de druk op de weke delen, inclusief de bicepspees, weggenomen. Dit gebeurt met een artroscopie.
- Bicepstenotomie/Bicepstenodese: als tijdens de operatie blijkt dat de pees erg verzwakt, geluxeerd of ziek is ten gevolge van ontsteking of scheurtjes, kan de chirurg beslissen om de pees in zijn groeve vast te leggen (tenodese) of ze door te snijden (tenotomie) (zie ook: bicepspeesscheur). Dit laatste wordt eerder toegepast bij oudere patiënten, terwijl de tenodese (“vastleggen van de pees”) eerder wordt uitgevoerd bij de jongere, actieve patiënt.
- De pees wordt dan, indien nodig, eerst nog doorgesneden ter hoogte van zijn aanhechting om dan vervolgens via een open of een artroscopische techniek met behulp van een botanker en hechtingsdraad iets lager in zijn oorspronkelijke groeve vast te leggen. Het zieke, hogerop gelegen deel van de pees wordt dan verwijderd.
Nazorg
Na een operatie (acromioplastie, bicepspeestenotomie of bicepstenodese), of het nu via open chirurgie of artroscopisch gebeurde, is een belangrijke periode van revalidatie noodzakelijk. Dit gebeurt gewoonlijk onder begeleiding van een kinesist. Deze periode loop al snel op tot 3 maanden. In deze periode is dikwijls nog pijnstillende of ontstekingsremmende medicatie aangewezen.
In een eerste fase van de kinestherapie zal gewerkt worden op pijnvermindering en herwinnen van de beweeglijkheid, met passieve en actieve mobilisatie oefeningen. Na een 6 tot 8 weken worden isometrische spieroefeningen uitgevoerd waarbij de bicepsspier wordt getraind. In totaal kan 6 tot 8 weken kinesitherapie nodig zijn, en gewoonlijk duurt het 3 tot 4 maanden alvorens men kan terugkeren naar vroegere sport -en arbeidsactiviteiten.