Wat is een spinaal kanaal stenose?
Het onderliggend probleem is een vernauwing van het kanaal waarin het ruggenmerg of de zenuwwortels liggen. Dit kanaal loopt door de wervels en is soms aangeboren nauw. Anderzijds kan er door slijtageverschijnselen een toenemende vernauwing optreden. Bijvoorbeeld door uitpuilende discus hernia’s, artrose van de kleine gewrichten achteraan de rug of door het verouderingsproces van ligamenten in de rug.
Kortom, elke verandering in de rug kan een spinaal kanaal stenose veroorzaken.
Symptomen
De symptomen zijn komen vaak langzaam op. Een van de meest voorkomende klachten is pijn in de beide benen die optreedt bij een bepaalde afstand wandelen. De pijn gaat vaak over in rust of door neer te liggen. Daarbij kunnen ook nog gevoelsstoornissen, spierkrampen, spierzwakte of rugpijn optreden. In 85% van de gevallen blijven de klachten stabiel of worden ze slechter zonder behandeling. In slechts 15% van de patiënten treedt er na verloop van tijd beterschap op zonder behandeling.
Onderzoeken
- Een MRI-scan is het beste onderzoek om spinaal kanaal stenose na te gaan.
- Een EMG kan bijkomende informatie leveren.
- Preoperatief wordt vaak ook een RX-opname genomen.
Behandeling
De behandeling is sterk afhankelijk van de duur en de ernst van de symptomen.
Bij lichte vormen of bij de eerste klachten kan vaak een afwachtend beleid worden ingesteld met aanpassing van de activiteiten, wandeltherapie en oefeningen ter versteviging van de rugspieren.
Indien de klachten toenemen of als storend worden ervaren door de patiënt kan een epidurale injectie (tijdelijk) de pijn verlichten. Dit dient steeds gecombineerd te worden met een oefenprogramma.
Wanneer de klachten echter te invaliderend zijn voor de patiënt kan een ingreep overwogen worden. Bij een dergelijke ingreep zal de vernauwing in de lage rug worden weggenomen.
Een decompressie ingreep houdt in dat het aangegroeide bot en het verdikte ligament in de rug worden verwijderd door een microscopisch geassisteerde operatie.
Indien er bijkomende instabiliteit aanwezig is, of opgetreden is na voorgaande ingrepen, wordt een decompressie ingreep gecombineerd met een fusie. Dit houdt in dat, naast het maken van ruimte voor de zenuwbanen, de aangetaste wervels die instabiliteit vertonen worden vastgezet aan elkaar om zo de kans op slagen te vergroten en de kans op het terugkomen van de klachten te verkleinen.
Uw rugspecialist zal samen met u het ziektebeeld bespreken en de verschillende opties met u overlopen om samen tot een beslissing te komen.
Mogelijke complicaties bij een spinale decompressie ingreep
Zoals iedere chirurgische ingreep zijn er ook bij deze operatietechnieken complicaties mogelijk. Een aantal acties kan de patiënt zelf ondernemen om de klachten te verminderen.
De belangrijkste risico’s
- Reactie op de anesthesie: misselijkheid, hoofdpijn, braken
Actie patiënt: Volg het advies om enkele uren voor de ingreep niet meer te eten/drinken/roken.
Behandeling: medicatie - Wondinfectie
Actie patiënt: Breng zeker uw arts op de hoogte mocht één of andere infectie aanwezig zijn.
Indien u pijnlijke tanden heeft, gelieve naar de tandarts te gaan vóór u opgenomen wordt.
Behandeling: antibiotica - Bloedklontervorming
Actie patiënt: Tijdens uw verblijf draagt u antitrombosekousen (TED-kousen), wordt u aangemoedigd om te bewegen en krijgt u inspuitingen enkele weken na de ingreep. - Bloeding/hematoom/zwelling
Behandeling voor bloeding: Drukverband op de wonde plaatsen, toedienen van bloed.
Bij een inwendige bloeding met symptomen moet de wonde opnieuw opgemaakt worden.
Behandeling voor hematoom: zalf, pijnstillers… - Pijn
Een goede pijnbestrijding bevordert uw herstel, maakt de kans op complicaties kleiner en kan de ziekenhuisopname verkorten.
Behandeling: pijnstillers, ontstekingsremmers en ijsapplicatie.
Preventie: De verpleegkundigen zullen op regelmatige tijdstippen uw pijn bevragen. Via die bevraging kan u extra pijnstilling krijgen. - Zenuwbeschadiging
Hoewel tijdens de operatie steeds de grootste zorg wordt besteed aan manipulatie van de zenuwen kan er desondanks toch schade aan de zenuw zijn opgetreden. Dit is meestal een tijdelijk fenomeen en kan zich uiten als gevoelsstoornissen of krachtsverlies in de benen.